Hallo allemaal,
Wat ontzettend leuk al die reacties van jullie!
We hebben leeuwen gezien hoor Joost! En we missen Nietzsche natuurlijk ook, dus we zijn blij dat hij al weer op ons wacht.
23 november:
In de supermarkt ontbijt en lunch gekocht. We zouden namelijk een rondrit door de bergen gaan maken. We zijn vanuit hier naar de Swartbergpas gereden. Deze pas loopt echt stijl en zit zol met scherpe bochten. De weg is onverhard. Op deze wegen kwamen we niet graag tegenliggers tegen. Het was zo smal, maar het uitzicht was giga! We hebben over deze pas wel even gedaan. Halverwege de pas konden we nog afslaan naar “de Hel”. Dit is een doodlopende weg. Vroeger was deze weg alleen begaanbaar voor os en wagen. Een aantal boeren had zich hier gevestigd. In deze vallei kan het in de zomer 41 graden worden. Enekel reis doe je in 2 uur, dus wij hebben dat laten liggen. Na de pas ligt het dorpje Prince Albert. Een oase in de grote Karoo. Het oogt als een lief klein dorpje. We hebben hier een tussenstop gemaakt in het zonnetje met een stuk zelfgebakken (nog warme) appeltaart. Niemand jarig deze keer, maar toch…… We zijn toen verder gereden naar Meiringspoort. Dit is ook een pas. Halverwege de pas ligt een waterval. Hier zijn we naar toe gelopen (niet spectaculair), maar wel mooi. Rond 15 uur waren we terug in Oudtshoorn. Daar hebben we eerst een internetcafe opgezocht, want het is echt te lang geleden. Wat zullen we morgen gaan doen?
24 november:
Vandaag zijn we via de route 62 weer dichterbij Kaapstad gekomen. Route 62 is een wijnroute. Nu zijn wij geen wijn gaan proeven, maar de route is wel mooi. Door de bergen en wijngaarden door kleine dorpjes rijden. Na zo’n 2 uur rijden kwamen een bordje “The Blue Cow” tegen. Het zou een koffiestop zijn. We zijn er op afgegaan, maar toen we bijna voor de deur stonden twijfelden we nog even. Maar ach dachten we….laten we het maar gewoon proberen. We stapten over de drempen en het was gelijk gezellig. Leuk ingericht enĀ een gezellige gastheer. Buiten op het terras kregen we een fleecedeken. Het was namelijk nog maar 14 graden. In het meertje aan zijn terras zaten grote vissen. We kregen beide een boterham om ze te voeren. Hij vertelde dat zijn vrouw eigenlijk de Bleu Cow is, maar zij hebben 3 dochters die in Kaapstad studeren. Zij waren nu thuis, dus de koe was bij haar kalveren. Hij schonk goede koffie en had heerlijke appeltaart. Wat een verwennerij. Uiteindelijk zijn we verder gegaan op de route. In Robertson hebben we op nieuw een doel bepaald. We zijn naar het meest zuidelijk puntje in Afrika gereden. Dit was niet Kaap de Goede Hoop, maar Kaap Alguhas. De zee was zo ontzettend mooi blauw. De Indische oceaan is gemiddeld tussen de 22 en 25 graden en de Atlantische oceaan tussen de 5 en 10 graden. Hier komen de oceanen samen. We herinneren ons van Kaap de Goede Hoop dat de Jappaners stonden de dringen om foto’s te maken. Hier stonden we gewoon samen. We hebben besloten in Struisbaai te overnachten (een dorpje voor de Kaap). Nadat we gegeten hebben, liepen we nog even langs de haven en het strand. Daar zagen we een zeehond. Hij ging op z’n gemakje de zee in en dobberde daar rond.
Groetjes,
Ria en Linda